Rutte 2: schaf precario op drinkwaterleidingen af
De prijs van drinkwater bestaat in Nederland voor 15% uit belastingen: Vewin is van mening dat dit te hoog is voor een eerste levensbehoefte. Een van die belastingen is precario, een gemeentelijke belasting op de leidingeninfrastructuur van de drinkwatersector. Steeds meer gemeenten heffen deze belasting, wat voor burgers leidt tot een forse verhoging van de drinkwaterfactuur. Eind 2012 wordt naar verwachting een wetsvoorstel hierover naar de Tweede Kamer gestuurd. Vewin pleit voor afschaffing van precario op waterleidingen.



Belastingdruk
Vewin vindt het heffen van belasting op de infrastructuur voor drinkwatervoorziening onverstandig en onterecht om twee redenen:
-1: Drinkwater is een eerste levensbehoefte, waarop nu al een hoge belastingdruk rust. De drinkwatersector vindt het principieel onjuist om via deze basisbehoefte begrotingstekorten van lokale overheden aan te vullen. Deze gemeentelijke belasting wordt via de drinkwaterfactuur bij de burger geïnd.
-2: Waterbedrijven zijn wettelijk verplicht om iedereen aan te sluiten op het drinkwaternet. Vervolgens moeten zij over de infrastructuur die daarvoor nodig is, per strekkende meter belasting betalen. 

Lastenverzwaring
Vewin vindt het onjuist dat gemeenten voor hun algemene middelen via de facturen van nutsvoorzieningen zoals drinkwater, aanzienlijke bedragen in rekening brengen bij hun inwoners. Precarioheffing op drinkwater leidt in een aantal gemeenten tot een flinke lastenverzwaring voor de burgers. Het aantal gemeenten dat precario heft op nutsleidingen, is in de laatste jaren sterk gestegen en gezien de groeiende financieringsbehoefte van gemeenten moet het in de Tweede Kamer bepleite verbod op precario nu snel worden geconcretiseerd in de wet.

Proces
In 2005 besloot het kabinet op aandringen van de Tweede Kamer om nutsleidingen vanaf 2010 vrij te stellen van precario. Dit gebeurde niet, omdat de minister van BZK aangaf dat minder precario-inkomsten zou kunnen leiden tot een hogere onroerendzaakbelasting. Vewin gaf daarop aan te verwachten dat dit een toename zou veroorzaken van het aantal gemeenten die precario heffen. 
In december 2010 uitte een meerderheid van de Tweede Kamer hierover zijn ongenoegen en bevestigde het eerder ingenomen standpunt via een motie van Van der Burg (VVD). Deze motie stelt dat ‘steeds meer gemeenten overgaan tot het heffen van precariobelasting op netwerken van nutsbedrijven, waardoor de lasten voor de burgers stijgen.’
Tevens vond Van der Burg de belasting niet transparant. De boodschap aan de minister van Binnenlandse Zaken was duidelijk: dien het wetsvoorstel voor vrijstelling van precariobelasting op netwerken van nutsbedrijven zo spoedig mogelijk in, hetgeen hij ook beloofde. Sindsdien staat de uitvoering van deze motie nog steeds open. Vewin vindt dat Rutte 2 nu snel met een wetsvoorstel moet voldoen aan de wens van de Tweede Kamer.

Vewin, Vereniging van waterbedrijven in Nederland